Het is een gevleugeld woord geworden: ‘de Geest leidt ons in de waarheid.’ Dat is inderdaad de belofte van Jezus. Zijn kerk wordt niet teruggeworpen op eigen inzicht en hoeft in de loop van de geschiedenis niet alleen haar weg te zoeken. De Geest van zijn Vader en Hemzelf zal haar leiden en de weg wijzen.
Deze belofte wordt uitgesproken aan het adres van de eerste discipelen. Het is een woord op zijn tijd, in de week voorafgaand aan Jezus’ arrestatie en ophanging. Nog lang niet alles is inzichtelijk voor hen. Maar ze krijgen de belofte mee dat de Geest hen verder zal inwijden in de waarheid.
Ná de opstanding van Jezus en sinds de uitgieting van zijn Geest wordt deze belofte ook aan hen vervuld. De eerste discipelen krijgen van Jezus bijscholing en ontvangen verdieping van hun inzicht de geheimen van Gods heil in Christus.
Voor óns is dit binnenleiden in de waarheid en werkelijkheid van God vastgelegd in de evangeliën, de apostolische brieven en de Openbaring aan Johannes. De toekomende tijd van deze belofte is voor ons de voltooide tijd geworden van de vervulling van de belofte: het in de Bijbel geboekstaafde Woord. Zo zag Calvijn al in deze tekst de genoegzaamheid van de heilige Schrift gegeven.
Het is dus van belang om deze belofte op z’n plek te laten staan. Gemakkelijk wordt deze toezegging van Jezus losgekoppeld van de eerste setting en in een algemene, tijdloze belofte omgezet. De volle waarheid is er in de Bijbeltijd nog niet, maar de Geest zal zijn kerk er later naartoe leiden. Dan ontstaat er zomaar afstand tussen ‘het geschreven Woord’ enerzijds én wat ‘waarheid’ of ‘Gods ideaal’ is anderzijds. Daarbij loopt de Bijbel (en God?) het gevaar te worden opgesloten in (de cultuur van) het verleden en komt die pas echt tot leven wanneer de Geest ons verder leidt in nieuw ‘eigentijds’ spreken of een eigentijdse vormgeving.
Op dit denkspoor krijgt het voortgaande werk van de Heilige Geest algauw een meerwaarde boven Gods geschreven Woord. Het eigentijdse mensbeeld, de hedendaagse cultuur of de eigen redenering worden daarbij vereenzelvigd met Gods waarheid vandaag de dag. Ineens hangt het aureool van goddelijke onaantastbaarheid er boven.
Het moet opvallen hoe op dit spoor feitelijk de cultuur van onze tijd - die niet of nauwelijks kritisch wordt bevraagd - in de kerkelijke praktijk maatgevend wordt. Ook valt op hoe er in de loop van de tijd sprake is van een voortgaande ontwikkeling, om niet te zeggen openbaring, die ons verder brengt. Die ´voortgaande openbaring´ overstijgt het getuigenis van Gods Zoon op aarde en zijn geïnspireerde apostelen in het geschreven Woord!
De Geest brengt ons immers pas echt bij de tijd, zo lijkt de gedachte. Het klinkt bijna wat overmoedig….alsof de Geest door de eeuwen heen pas nu met de GKv het ideaal van God benadert.
Wij willen er graag bij blijven dat mensen, door de Geest gedreven, van Godswege hebben gesproken (2 Petrus 1:21) en heel de Schrift door God is ge-ádemd (2 Tim. 3:16) Zijn Woord is levend en krachtig (Hbr. 4:12) en laat zich evenmin als God zelf opsluiten in het verre verleden. God is de Eeuwig Levende, die de eeuwen overziet en ons door middel van het getuigenis van zijn apostelen weet te bereiken en aanspreekt. Wij hoeven Hem niet in onze tijd en cultuur uit dat verleden te bevrijden, maar Hij komt ons verlossen uit de duisternis van een leven (en cultuur) zonder God en zonder hoop, en zet ons in zijn wonderbaarlijk licht.
Voor verdere oriëntatie kunt u op deze site terecht bij:
-
Dr. Pieter Boonstra - Oude of nieuwe hermeneutiek
-
Dr. Dolf te Velde - Bijbelse gronden?
-
Dr. Gert van de Brink - Op zoek naar betekenis (video)